Bij bodemverstorende activiteiten is archeologisch onderzoek vereist. Vaak is dit zelfs nodig voor een aanleg-, ontgrondings-, of omgevingsvergunning, of voor een bestemmingsplanwijziging.
De volgorde van het onderzoekstraject is vrijwel altijd gelijk. Afhankelijk van of er archeologische resten worden gevonden of verwacht – en de archeologische waarde hiervan – kan dit onderzoek zich beperken tot een bureau- en booronderzoek.
In sommige gevallen is een proefsleuvenonderzoek nodig, wanneer er archeologische resten gevonden worden.
Hiervoor wordt eerst een Programma van Eisen opgemaakt, deze is nodig bij (verdere) graafwerkzaamheden.
Wanneer archeologische resten worden gevonden kan aanvullend onderzoek nodig zijn.
Na het proefsleuvenonderzoek blijkt of verder onderzoek nodig is, zoals een archeologische opgraving.
In sommige gevallen volstaat enkel archeologische begeleiding, zoals bij kleine ingrepen zoals het graven van een sleuf voor leidingen.
Voor overheden is een archeologische verwachtingskaart een handig hulpmiddel voor het maken van verantwoorde beleidskeuzes over archeologisch erfgoed.
Tijdens het bureauonderzoek worden gegevens verzameld over het gebied waarin u wilt werken.
In dit onderzoek wordt de archeologische verwachting in het plangebied getoetst door middel van boringen.
In dit document staan de eisen en voorwaarden waaraan het onderzoek moet voldoen.
Delen van het terrein worden opengelegd om na te gaan of sprake is van één of meerdere vindplaatsen.
Binnen het plangebied wordt de archeologische vindplaats volledig blootgelegd. Op die manier kunnen alle sporen in relatie tot elkaar onderzocht worden.
Wanneer regulier archeologisch onderzoek niet mogelijk of haalbaar is, kan archeologische begeleiding uitkomst bieden.
Deze maakt in één oogopslag duidelijk waar archeologisch erfgoed aanwezig is. Ook stellen wij archeologische beleidskaarten voor overheden op.
Archeologische ondersteuning bij bouwwerkzaamheden of infrastructurele werken.